Jak

Jak

Jak (vroeger yak, zoals in het Engels).

Je zou het niet zeggen, maar de jak of het bromrund, is een gedomesticeerde rundersoort. Van nature komen ze in de Himalaya, tot 6000 meter hoogte, voor. Ze worden er gebruikt als lastdier, maar ook voor het vlees, de melk en, ja, ook voor de wol. Onder de dekharen, die tot op de grond kunnen hangen, zit er een ondervacht van fijne, erg goed isolerende wol, die ook jak genoemd wordt. De natuurlijke kleuren zijn licht tot donker bruin.

Jak is een vezel waaraan hypoallergene, antibacteriële en antimicrobiële eigenschappen worden toegekend, waardoor deze vezel gezond is voor de huid. Zoals vele wolsoorten kan ook deze vezel veel vocht (lees zweet) opnemen en aan de omgeving laten verdampen, waardoor bacteriën en schimmels niet goed kunnen groeien en er geen geur ontstaat, een fenomeen dat bij synthetische stoffen een bekend probleem is. Net zoals wol is ook Jak eerder vuilafstotend.

Jak hoeft dus, net zoals die andere wolsoorten, niet zo dikwijls gewassen te worden.

De jak-vezels zijn dun (ongeveer 18 micron) en worden daarom zelfs op een gevoelige huid goed verdragen.

Jak-vezels zijn hol en erg licht en even isolerend als kasjmier, dus beter dan schapenwol, maar is wel heel wat sterker en slijtvaster dan kasjmier of gewone schapenwol.

De natuurlijke bruine tinten maken jak heel geschikt voor mode- en kledingaccessoires, zoals sjaals en mutsen.

Jak is een prachtige vezel om mee te spinnen en vilt ook vrij makkelijk. Jak geeft een gesponnen draad of het vilt, op een intrigerende manier een subtiele matte uitsraling, die kan veranderen afhankelijk van de lichtinval.

Omdat deze vezel de neiging heeft om zich niet volledig met de wol te mengen kan jak in vilt ook gebruikt worden om extra structuur en nuances aan te brengen.

Jak hecht zich wel goed vast in fijne stoffen en is dus erg geschikt in nunovilt.

De vezels van jak zijn vrij kort, maar door de uitstekende vilteigenschappen heb je maar weinig materiaal nodig om een stevig en toch flexibel, glad aanvoelend, warm en comfortabel, vilt te maken. Om een egaal vilt te bekomen is het leggen van de jak-vezels delicater dan met bijvoorbeeld schapenwol. De voorbereiding vereist dus iets meer geduld en extra aandacht.

Gemengd met katoen is jak ook buitengewoon geschikt voor het maken van babykleding en zachte dekens.

Zoals met alle wolsoorten moet het wassen van een stof met jak een beetje omzichtig gebeuren. Gebruik koud tot lauw water met een beetje zachte zeep, wring nooit, spoel goed uit nadat de stof enkele keren ondergedompeld werd. Laat drogen op een handdoek.

We leven hier in een te warme omgeving, deze bijzonder dieren zouden zich bij Khansenhof niet thuis voelen. Omdat jak volgens ons een erg onderschat natuurlijk product is hebben we de wol wel in ons assortiment. Eens je ermee werkt ontdek en waardeer je pas echt de prachtige eigenschappen.

 

 

 

 

Terug naar blog